Het zijn moeilijke tijden, volgens de muziekindustrie. Er gaan miljarden verloren door filesharing van mp3-bestanden. U en ik zijn ordinaire pikkedieven en we kunnen beter schrik hebben, want één dezer worden we gepakt en gestraft!
Maar is er niet meer aan de hand dan de muziekindustrie ons wilt laten geloven? Want dat de downloaders (maar vooral diegenen die op kleine of grotere schaal zelf illegale cd’s aanmaken en verkopen) een negatieve invloed hebben op de verkoop, dat wil ik best geloven. Maar daarnaast dan? Zijn er geen andere factoren?
Een creatieve poging;
- het is crisis, luxe-bestedingen lijden daar nu eenmaal als eerste onder.
- dat het minder goed gaat dan 10 jaar geleden is niet meer dan logisch; de vervangings-aankopen (het kopen van muziek op CD ter vervanging van dezelfde LP) die de industrie ongelofelijk veel hebben opgebracht, zijn gestopt.
- jongeren (een belangrijk doelpubliek van de muziekmarketeers) kicken tegenwoordig niet meer (enkel) op muziek, maar evengoed (of meer?) op gsm’s, dvd’s, computers, game-consoles, spelletjes voor die consoles, .. De strijd om de portomonnee van de jonge gasten is dan ook bijzonder hard.
- de traditionele distributiemethodes die de muziekindustrie nog steeds zo graag gebruikt, voldoen niet meer aan de behoeften van een groot deel van het doelpubliek. het succes van apple’s iTunes toont dat het wel degelijk anders kan.
- muziek is (net onder invloed van de marketeers van de industrie) veel meer een wegwerpartikel/ consumptiegoed geworden. de niet tastbare meerwaarde van een CD is daardoor gedaald. de aankoop en de eerste luisterbeurt van een LP was vroeger een bijna heilige aangelegenheid, het verdwijnen van het vinyl was misschien zelfs de eerste stap in de teloorgang van de industrie, eerst nog gecamoufleerd door de hiervoor al genoemde vervangings-aankopen..
Conclusie; er is waarschijnlijk echt wel heel wat meer aan de hand dan het vermaledijde downloadgedrag van de gemiddelde Clouseau-fan. Laat de muziek-marketeers misschien iets verder kijken dan hun neus lang is. Een bedrijfstak die zich op tijd en stond niet volledig kan heruitvinden, is tot mislukken gedoemd. Alle gedreig ten spijt..
Dit zijn veel onderwerpen ineen. Ik doe graag een poging om enkele bedenkingen hierrond te delen:
– Crisis : De crisis waarvan sprake in de media zit vooral in de hoofden van de mensen. Iemand die nu de middelen zou hebben van een welstellend gezin in de ‘golden sixties’ zou volgens onze huidige normen nu ‘arm’ zijn. Onze sociale zekerheid gaat daarin vaak te ver voor zij die het in feite niet nodig hebben, terwijl de échte armen nog meer dan vroeger in de kou blijven staan. We zijn een samenleving van hard schreeuwende verwende rijkeluiskinderen aan het worden. Ons solidariteitsgevoel is enkel nog op te wekken via een gemediatiseerd circus dat zo nu en dan eens de kop opsteekt wanneer weer één of andere ramp het nieuws heeft gehaald. Zo lang de even noodlijdende buurman niet ‘gecast’ is voor een met spektakel omringde liefdadigheidsactie, vindt hij ook de weg niet naar een beter en menswaardig bestaan. En wij zijn allang niet meer alert voor zijn noodkreet, omdat we geen buurtgevoel meer hebben. We spreken liever over mensheid dan over mensen. En let op : de crisis is er wel degelijk, in vele vormen en gedaantes, maar we zien alleen die crisis die de media haalt. En da’s nu net niet de crisis waarmee vele noodlijdende gezinnen in onze vierde wereld mee te kampen hebben…
Muziekindustrie : de reguliere distributiekanalen van de muziekindustrie, zeg maar fysieke kanalen zijn inderdaad aan het doodbloeien. Concreet betekent dit dat muziekwinkels en zelfs ketens verdwijnen of hun core business verleggen. Stel nu dat de grote platenmaatschappijen zich bewust niet zouden verzetten tegen deze evolutie en wachten tot dit tussenkanaal is doodgebloed, om erna de illegale downloads met technische middelen lam te leggen. Dat zou concreet betekenen dat ze veel meer geld zouden verdienen aangezien er geen percentages meer naar deze fysieke verkoopskanalen gaan. Even tien jaar uitzweten tot alle tussenkanalen én de kleine platenmaatschappijen verdwenen zijn, en dan de touwtjes weer in handen nemen. Het lijkt me een lucratief lange-termijnsplan. Zouden ze zo durven denken ?
Jongeren en consumptie is heeft volgens mij dan weer te maken met de ethiek van marketing en verkoop. Kinderen krijgen steeds meer inspraak waardoor hun stem als (ongetrainde) consumenten steeds luider klinkt. Ze hebben het zelfs niet meer door dat ze worden gebruikt en reclame speelt daarin een grote rol. Denk maar aan alle ‘durf je’ commercials, volgens mij begonnen in de jaren 80 bij het ontstaan van jongeren rekeningen die met leuzen als ‘durf je eigen beslissingen te nemen’ de kids bijna uitdaagden om zelf financiële zaken te gaan beslissen. Eerlijk gezegd : mits de juiste psychologische aanpak kan je een kind makkelijker meesleuren in dure rages en ‘hippe’ finaciële avonturen. Voeg daar de plooibaarheid van de grootouders aan toe die, doordat de meeste gezinnen uit twee verdieners bestaan, meer met de kleinkinderen worden geconfronteerd (krijg ze er nog maar eens buiten :-)), en ook sneller dan de ouders hun beurs openen wanneer het liefste kind van de hele wereld weer eens voor een etalage aan hun broek staat te trekken, en je begrijpt wat ik bedoel. Een suggestie voor het onderwijs : een verplicht vak ‘bewust consumeren’ zou geen overbodige luxe zijn.